Hechtingsstoornissen
De meisjes in het begeleidingscentrum zijn tussen 14 en 21 jaar. Ze kwamen er terecht na kleine misdrijven zoals langdurig spijbelgedrag, diefstal, matig druggebruik of door een gebrek aan een veilige gezinssituatie. Het merendeel gaat niet meer naar school. ‘Veel van hen hebben een rugzak van misbruik, een laag zelfbeeld, hechtingsstoornissen …’, zegt Pieter. ‘Ze werden al zo vaak afgewezen dat ze hun geloof in de samenleving zijn verloren’. Dat probeert de organisatie te herstellen door een omgeving te creëren waar de meisjes hun competenties kunnen ontwikkelen en op hun netwerk kunnen bouwen.
Opnieuw verbinden
Achteraan de hoeve zijn er studio’s waar jongeren verblijven die thuis geen evenwicht vinden en is er een leefruimte voor groepsactiviteiten en -begeleiding. ‘We bieden als open instelling drie vormen van begeleiding aan: contextuele begeleiding, waarbij we de vertrouwensbanden met ouders en familie gebruiken en versterken. Soms lukt dat pas door afstand te creëren, daarvoor is er residentiële begeleiding. In dat geval wonen de jongeren hier in een studio, in de leefgroep, of in een appartement of cohousingproject in Gent. En dan zijn er nog de projectwerkers, die in beeld komen wanneer het vastloopt met de eerste twee types van begeleiding. Zij proberen op een andere manier de meisjes opnieuw verbinding te laten maken met de maatschappij, bijvoorbeeld via onthemingstochten (red. begeleide trektochten in de natuur) en time-out-projecten (red. aangepaste trajecten voor jongeren met conflicten op school of schoolmoeheid).’